91
KERSTE TOON EK L.
M a r i a. later .1 a n.
Maria (komt langs dr trap, met- een aantal kranten en brieven in de hand, omhoog — terwijl reeds bij het opgaan van het doek, katten-geschreeuw weerklinkt. Zij opent het achterste venster). Kischt, ellendelingen!,.. Kisehl! Ruk je uit! Wacht is even! (gaat door de latten-deur, neemt de kan va/n de waschtafel, keert naar het venster terug, stort het water naar de zij van het geschreeuw).
Jan f onzichtbaar). Is ’t gedaan! Wat haal je voor streken uit? . . .
Maria (met het bovenlijf over den goolrand hangend)... . God, Jantje-lief, hoe ken ’k ruiken, dat jij an komt vliegen !
Jan. Pas me vlerken geolied! Ken ’k weer ’n half uur poessen. . . . (zijn hoofd verschijnt in zwevende beweging zakkend, en weer stijgend, boven het kozijn).
Maria. Voorzichtig, Jantje! Jantje pas op de schoorsteen. . . . (harder) Jantje pas op de schoorsteen ! De julïrouw het zich pas gister ook zoo gestooten! Allemachtigste God, Jantje wat bè-je weer eigewijs! As je nou links af had gehouen — en niet zoo dicht op ’t huis toe — had je niet door