‘JAS
niets van uw regenjas op ’t kruis van den toren, niets van uw eieren, niets van uw koteletten hooren! . . . Twee die d’r nek tegelijk op ’t stra n d breken!. .. Op ’t strand !. .. ’r Is ’n grens aan m’n geduld! George! (tot den toeschietenden lakei). De adjudant van dienst! (de lakei verdwijnt). We zullen dat laten onderzoeken van dien hoed en die pet! Wanneer de heeren denken, dat ik dooi* ’n paar maanden verblijf in ’n donkere kamer, de teugels van ’t bewind uit handen ga geven, dan vergissen de heeren zich — en die vergissing kan ieder duur te staan komen! (tot den adjudant). De kommandant van de wacht!
W a 1 d e m a r. Uwe Hoogheid. . . .
Vorst. De kommandant van de wacht! (adjudant af ). Ik apprecieer het bijzonder — bijzonder, eerwaarde en meester Marius! — ik zal het niét licht vergeten, hoe attent m’n omgeving bij m’n herstel was....
W a 1 d e m a r. Met één enkel woord, Uwe Hoogheid, is toch de verklaring te geven....
Vorst Ik ben van geen verklaringen gediend!
Marius. Uwe Hoogheid — de onverwacht-snelle toepassing van de vliegmachine....
Vorst (gebluft).. .. Vliegmachine? Vliegmachine !