146
strompelt, eveneens met een parapluie). Ga zitten (zij zitten allen onder de parapluies, rondom de rustieke tafel).... En ?
Hildebrand (even opstaand). Dat is hier nat... .
Vorst. Ja, dat schijnt zoo. En?
Hildebrand (droogt den stoel met zijn zakdoek, vecht met zijn manchetten, zet zich — een stilte). Uw Hoogheid, ik kom hier vandaag als vader.. . .
Yorst (tot Marius). . . . Als wat komt-ie ?
Marius.... Als vader.. . .
Yorst. O. (een zwakke donderslag — hij wrijft zich de handen). Uitgezocht weer —■ voor óns — vindt u niet?
Hildebrand. Uw Hoogheid, om met de deur in huis te vallen, en hoe pijnlijk ’t ook voor me is — hoe buitengewoon moeilijk.. ..
Yorst.... Ja, laten we met de deur in huis vallen, al schijnt ’t gewoonte te worden, om met ’t zolderraam in huis te vallen, hahaha! Is-ie goed, meester?...
Marius. Bijna een gevleugeld woord, Uw