145
den zevenden hemel — ik zie een afgrond. Voorwaar. (tot den gouverneur, die onder zijn parapluie gebukt uit het park komt). Wat doet u hier?
VIERDE TOONEEL.
Vorst. Marius. Gouverneur.
Gouverneur (opschrikkend). Niets, Uw Hoogheid. Ik zoek....
Vorst. Wie, wat zoekt u ?
Gouverneu r. Ik zoek uur aan uur. .. . Mijn geweten laat me niet met rust.. . .
V o r s t, ’t Is goed!
Gouverne u r. Van de zoldervensters en van uit de goot, ben ik de heele week bijna niet wreg geweest. ... Ik zoek — ik zoek.. .. (stapt in gedachten de oranjerie binnen).
VIJFDE TOONEEL.
Vorst. Marius. Minister v. Oorlog. Hildebrand.
Vorst. Simpel, simpel! Heeft in de goten z’n hoofd verloren ! (tot Hildebrand, die van het terras
10