De groote vlucht

Titel
De groote vlucht

Jaar
1908

Pagina's
173



112

dat er één bezwaar is, tegen zoo’n nest in de boomen. . ..

I d a. ... Wat dan?

Ossip. Als ’r kinderen komen... .

I d a.. .. Ja, ja.

Ossip.... En dat van de ooievaar zal geen sterveling meer gelooven. .. .

I d a. . . . Doen ze nou al niet meer. . . .

Ossip.... Ik heb ’r tot m’n achtste jaar aan geloofd. . . .

Ida.... Ik, tot m’n zevende, hahaha!

Ossip. De eerste vliegende baker en de eerste vliegende vroedvrouw — wat moet dat ’n typisch gezicht zijn! Hahaha!... Wat ga je doen?

I d a. Nou kerel, ’t is pas bij negenen — ik wou ook wel ’n uurtje rusten. . . .

Ossip. Ik zit toch niet op jóuw bed ?

Ida. Nee. Nee.

Ossip (opstaand). Kan ik je helpen ?

Ida. ’k Neem ’t veldbed.

Ossip. Ik kan je wél helpen ! (neemt de ivaseh vanjiet bed). Zoo (smijt alles in een hoek).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.