Allerzielen

Titel
Allerzielen

Jaar
1915

Pagina's
134



i8

’r an 't handje ? Toen ’k je straks tegen kwam, heb je zoo nijdig gegroet, heb je zoo leelijk gekeken, dat ’k ’r verlegen van werd.

Van Dalen. D’r kijken ’r meer leelijk op ’t oogenblik — as ik ’t dan nie achter uw rug doe, bin *k misschien de kwaaiste nie.

Bronk. Nee, hij meent ’t zoo slecht niet.

Nansen. Ga ’r bij zitten.

Van Dalen. Nee, ’k blijf liever staan, ’k Mot ’r zoo weer van deur.

Bronk. Onderweg heeft-ie me *n vreemde geschiedenis verteld, Nansen — van ’n juffrouw en ’n kind en van.... Wat is dat allemaal ?

Nansen. Welke vréémde geschiedenis heb jij verteld, Van Dalen ? Daar wou ik ook wel van profiteeren.

Van Dalen. Meneer de pastoor hoeft me nie zoo an te blaffen — ik hei gelijk — en wiè ’k ’t oververteld hei — Klitze en Steen — Nagtegaal èn de koster, die vielen me allemaal bij.

Nansen {gestreng). Wist jij de pastorie niet meer te vinden ? Móést Jt achter me rug* ?

Van Dalen. As ’k ’m nie had weten te vinden,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.