Pour tant d'amour (serie Heijermans' Camera)

Titel
Pour tant d'amour (serie Heijermans' Camera)

Jaar
1924

Overig
Heijermans' Camera

Pagina's
30



7

En ’k bofte nog eens. Op ’n avond, of ’t zoo móést, of ’t geminachte Fatum ’r van zijn kant plezier in had — zaten we naast elkaar — zij, hij en ik — ’r was helaas ook ’n hij —• en ’n hij tweemaal grooter, tweemaal robuster dan ik... ’k Hernieuwde de kennis — ’k kreeg ’r meer dan eens, maar altijd op straat, of in ’n schouwburg of café te zien — en langzamerhand kwam ’k op de hoogte van ’r faits et gestes... Ze leefde ongelukkig. Ze was op ’t punt te scheiden. Ze klaagde. Ik brandde van meelijden, ’k Zou voor ’r door brandnetels en laaiende vuren gehold zijn. ’k Zou in staat zijn geweest ’n duel voor de twee verwijtende gazellen-oogen af te dwingen — als ’r ’n partner geweest was... Maar in principe vecht ’k niet met geraas makende revolvers en ’k respecteer de rechten van den wettigen man, in het bijzonder als-ie voorturner van ’n gerenommerde gymnastiekvereniging is. De rek, de brug, de ringen, de hoogstanden, de kiepen en reuzezwaaien hadden roet in ’t eten van dat eens gelukkig huwelijk geworpen. Hij had ’r avonden en brokken nacht alleen gelaten voor de dubieuze belangen van z’n sportclub — zij, met iederen gymnastiekwedstrijd méér van ’m vervreemdend, ongevoelig voor de gouden en zilveren medailjes die hij met de spieren van z’n armen en beenen verwierf, zocht ’r troost bij ’r Bender-piano op afbetaling, bij ’t zingen van liederen in zenuw-verslappende eenzaamheid en in de vróüwelijke vertroosting van meerder intellec-tueele mannen. Ik was een dergenen, die ’r begreep, ’t Huwelijk is dikwijls ’n trait-d’union van menschen, die mekaar zoo uitnemend begrijpen, dat ’t innerlijk begrip ’n eind aan de entente cordiale maakt. Zij hoogschatte mijn hartstocht voor atomen en moleculen. Zij interesseerde zich voor picrinezuur en radium, voor de geheimen van m’n laboratorium — ik huichelde te goeder trouw extase voor Schubert, Richard Strauss en Wagner. Zoo vonden we mekaar platonisch, geestelijk en hooger-menschelijk in „De Kroon” of bij „Mast” of bij „Schiller” in de uren dat hij met halters werkte of z’n lenigheid in ’t ver-springen toonde. En onze groei-end-ontluikende genegenheid mocht ’r wezen, omdat hij en zij de goede gelegenheid zochten om mekaar op beschaafde manier ’n adieu voor altijd toe te wenschen.

Welnu — eergisteravond — sloeg ’k ’n figuur als modder. Voor

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.