Het zevende gebod

Titel
Het zevende gebod

Jaar
1899

Pagina's
143



71

je... Daar moet je niet aan toegeven. Zit je warm? (werpt kolen in de kachel). Zeg, slaap je?

Peter. Nee.

Bart. Vroeger heb ik ook wel ’ns opgegeven — dat kwam uit de maag — bij jou is ’t dito, dito.

Peter. Née, jongen.

Bart. Wat — nee? Alles weet je beter. Néém je toch niet altijd gelijk.

Peter. Goeie kerel — wat redeneer je grappig De Dobbes ...

Bart. De Dobbes! . .. De Dobbes ! . ..

Peter (geduldig). M’n zuster Truus is 'r an gestorven ...

Bart (kregel). Nou ja!...

Peter (zacht-glimlachend). .. Toen Jetje ... Toen Antoon ... En nou ...

Bart (driftig-fluitend). Je ben ’n kwast! Je ben ’n idioot! Je ben ’n... Peter! Péter — goddoome — wat is dat nou beroerd... Wil je ... wil je ’n glas water — Zeg!... (een stilte).

Peter (de oogen weer openend). Zenuwen. Bij zoo’n warme kachel voel je je week. (luchtig) Al klaar!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.