Het zevende gebod

Titel
Het zevende gebod

Jaar
1899

Pagina's
143



10 0

Peter ... Niemand heeft jóu belet...

De jonge pastoor ... Dat is de tweede keer. Ik schaam me er over zulke dingen te hooren van ’n jongeren broer die geen welvoegelijkheid meer schijnt te kennen en geen angst voor goddelijke voorschriften — Kom tot inkeer, jongen, — berouw is nooit te laat.

Lotte (schreiend). Ik wil niet dat. .. Ik zal wel gaan...

Peter... Huil niet Lotte.

Lotte (schreiend). Ik wil niet dat je van je familie...

Peter. Huil niet! (eenvoudig haar hand grijpend) Zoowaar God me hoort — zóólang ik }t leven heb — zal niemand je, zelfs niet met ’n gebaar beleedigen.. .

De jonge pastoor. Foei. Foei. — Goeienavond^ Peter...

ACHTSTE TOONEEL.

Peter. Lotte.

Lotte (stil-snikkend). O — dat ik je in de weg; blijf staan — dat ik de oorzaak ben...

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.