Sabbath

Titel
Sabbath

Jaar
1903

Pagina's
95



58    SABBATH.

ten. Bekkie die juist kwam te zitten, zwellend gesnuif van den neus in damp van ’r bord, zei: „smakelijk ete,” wat Zelik ook zei en toen tante Serre en Maupie gelijk.

Licht geluwde neer op de hoofden, op het zwarte gebos van Maupie, op den tammen hiaat van Zelik, daar zij hun hoeden hadden afgezet nu ’t brooge-zeggen voorbij was, op den bandeau van de ouwe vrouw, op het zwarte glimhaar van Bekkie.

„Ja, fijne zoep,” nazeide Zelik: „n’emmes zoepie.” Het zweet sloeg hem uit, aanpur-prend het sproetengezicht in den nimbus van roode, kruivende haren. Het was geen voorbeeldig soepweer, wat te warm, iét of wat te warm. Maar ’n sjabbesmaal zónder soep wès geen sjabbesmaal en dan — dé Soep van Bekkie, de soep waarin zij haar ziel lei. Bekkie’s soep was naamlijk van vermicelli en spaansche erwten. Van véél meer. Ziel van vermicelli en spaansche erwten ware te drachtig, te zeer van Ruimte ontdaan. Bekkie’s



Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.