15
Zus kon het goed vinden met Tom. Zij zagen elkaar graag, ook buiten school om. Zijn ouders waren, evenals de hare, uit elkaar gegaan. Tom was de oudste. Hij woonde met zijn broer en zussen bij zijn vader, die een streng en ordentelijk huishouden voerde. Dat sprak Zus aan, misschien omdat het bij haar thuis zo anders ging. Zus was na de scheiding van haar ouders bij haar moeder gebleven, een moeder die geen notie had wat er in haar dochter van zeventien omging.
Op herfstmiddag hadden Tom en Zus afgesproken om bij hem het huiswerk te maken. Hij woonde vlakbij haar, in een zijstraat tussen de Apollolaan en Gerrit van der Veenstraat. Tom had een andere, kleinere kamer in het huis gekregen, waar hij de poten onder zijn bed had weggehaald, zodat het laag op de grond stond.
‘Veel gezelliger', zei Zus, toen ze bemerkte dat Tom haar oordeel over zijn nieuwe kamer wilde horen. Zelf had Zus de juist het spiraal buiten op straat gezet. De matras lag nu rechtstreeks op de vloer, zoals Tom de eerstvolgende keer bij haar thuis zou zien.
Zoals meestal dronken ze eindeloos thee en luisterden zij naar radio Veronica op 1-9-2. Zus had het huiswerk in haar schooltas van skai gelaten en beneden bij de keukendeur laten staan, alsof al het andere in de wereld belangrijker was dan huiswerk. Als Tom al toespelingen maakte op het werk dat hun nog wachtte, dan verzon Zus een zw aarmoedig gespreksonderwerp om de aandacht af te leiden. Een uur kabbelde voorbij; Zus had zich regelmatig afgevraagd of zij wel ontspannen genoeg was, want haar hand trilde bij het inschenken van de thee.
Tijdens een korte nieuwsuitzending op de radio hoorden zij
86