gewantrouwd? De gedachten over normen, waarden, afstamming verstrikten en verstikten haar emotioneel zozeer dat zij zichzelf onbekwaam vond een zinnig idee over dit onderwerp te hebben,
Zus had eens aan moeder gevraagd wat zij moest antwoorden als mensen wilden weten of zij joods was.
‘Dan zeg je maar dat je dat inderdaad bent, maar dat het er niets toe doet, omdat iedereen gelijk is.'
Zus vond het goed gezegd, al had zij nooit het idee gehad dat zij en haar familie zo gewoon waren.
Het was kinderachtig voor een twaalfjarige, maar als zij bij haar oma was, bekeek zij nog altijd stiekum het Gouden Boekje met het verhaal over Jozef, die door zijn broers in een put werd achtergelaten en met wie het toch goed afliep. En naar de hora’s die Judith vaak op de grammofoon draaide, luisterde zij graag.
's Avonds aan tafel werd er over de oorlog gediscussieerd. Zus probeerde zinnen te bedenken die een mening zouden verkondigen, voor het geval iemand daar naar zou vragen. Niemand noemde Mirjams naam, alsof haar aanwezigheid in de kibboets niet voldoende was om te hopen dat Israël de oorlog zou winnen. Carry, Simon en Flip lanceerden argumenten die vader en moeder pareerden.
Alleen op Judiths uitspraken Wam geen antwoord, maar zij gold in de familie als expert omdat zij, een jaar eerder dan Mirjam, in Israël was geweest. Zij en Mirjam waren in de oorlog geboren en ze hadden op verschillende adressen ondergedoken gezeten, terwijl de vier jongste kinderen van na de oorlog waren en niets hadden meegemaakt.
Alle argumenten klonken even doordacht. Zus keek de tafel rond en peilde de stemmingen. De te kalme rust van acht etende mensen was met het uitbarsten van de oorlog in het Middenoosten opgeheven, maar de sfeer was er niet beter op geworden. Temidden van de discussie proestten Carry en Flip het
75