HOGE HOEDEN / LAGE STANDAARDEN
haben von Anfang an bei jedem Ausländer, der hierher kam, Jude oder Nichtjude, Bewunderung erregt. Nirgends konnte man so etwas unter den Juden anderwärts damals finden. Aber auch bei den Aschkenasim hat sich dieser Zustand bei der intellektuellen und finanziellen Oberschicht ganz von selbst ergeben. Dies alles war lange vor Mendelssohns Auftreten in Deutschland.’
‘Diese zwei hier nur kurz skizzierten Momente haben eine Species hollandia judaica erzeugt, die sich in ihrer Geschichte von der anderer Länder ganz eigenartig unterscheidet. Als 1795 die Emanzipationsbestrebungen einsetzten, haben diese sich auch nicht auf die Emanzipation der Juden als Menschen mit Menschenrechten erstreckt, das war für Holland nicht nötig, es handelte sich nur um öffentlicht-recht-liche Bürgerrechte, aktives und passives Wahlrecht für staatliche und städtische Ämter und dergleichen.’
Het is hier niet de plaats op deze theorie die haar zwakke zijden heeft nader in te gaan. Historisch diene zij ons als werkhypothese voor het bepalen van de toenmalige Nederlands-joodse visie op de eigen status, die inderdaad als geheel apart werd gezien. En waarvoor meer dan eens een beroep werd gedaan op Seeligmanns stellingen die door een enkele (niet-klassiek gevormde) scribent eenmaal werden vervormd tot ‘onze speciale Hollandse judaica’.
Het mocht niet hinderen. Ongestoord bouwde bijvoorbeeld de beoefening van de geschiedenis der joden in Nederland aan de ons reeds bekende voorstelling van zaken. Deze wetenschap die als zodanig reeds een geheel eigen accent legde op de eigenaardige groei der joodse gemeenschap in dit land, koos als haar objecten goeddeels de stokpaardjes die al sedert de emancipatie golden als bewijs voor onze bijzondere hoedanigheden. De sefardiem rondom Rembrandt, de gebande Spinoza en Menasseh ben Israël. Van de Asjkenaziem sedert de late 18e eeuw de bankiers Boas, de Assers (zonder ‘ch’) en andere machers der gelijkstelling. Een populair-wetenschappelijke periodiek De Vrijdagavond legt van onze opvattingen getuigenis af in haar ruim 8V2 jaargangen. Oktober 1932 viel het sympathieke weekblad als slachtoffer van de economische crisis.
De Bijdragen van het Genootschap voor de Joodse Wetenschap in
106