Zij lieten hun sporen achter

Titel
Zij lieten hun sporen achter

Jaar
1964

Pagina's
270



Tussenspel

Spinoza’s invloed confronteerde Calvinisten a la Voetius aldus met de allesbeheersende kwestie, of het niet juist de invloed van het jodendom was, die geweerd moest worden. Dit gold niet alleen ketters van het type Uriël da Costa, Spinoza, ]uan de Prado of al die anderen, maar evenzeer mannen als Menasseh ben Israël en Joseph Athias. Wij verkeren blijkbaar niet meer temidden van humanisten!

Er was al strijd geweest om de Latijnse vertaling van het eerste deel van Menasseh’s ConciUador, dat in I6S3 de persen van de rabbijn had verlaten en waarvoor hij een opdracht had gevraagd van de Staten van Holland. Hadden de Bewindhebbers van de Westindische Compagnie hem niet toegestaan hun de Spaanse editie van het genoemde werk op te dragen! Zijn humanistische vrienden verzorgden aanbevelingsbrieven, de Staten schenen in principe bereid, ondanks het feit, dat zij in i6t2 (met het oog op de daaraan verbonden kosten) hadden besloten geen dedicatiën meer te aanvaarden. Maar omdat het hier dus een exceptie betrof, wilden zij zeker zijn, dat het hoek niets bevatte, dat tegen de gereformeerde beginselen inging. Het gevraagd advies van de theologische faculteit van Leiden was negatief. Welk nut kan het hebben, aldus de hooggeleerden, Messiaanse gedachtengangen van deze Sefardische rabbijn voor te leggen aan toch al twijfelzuchtige tijdgenoten, nota bene ten o ver mate voorzien van een vrijbrief der Staten! De rabbijn onder de humanisten haalde over de hele linie bakzeil. Hij kwam niet ongeschonden uit het krakeel tevoorschijn. Zijn hoogleraarschap was reeds afgewezen; het geld van de opdracht ging zijn neus voorbij! Maar het ergste van al was wel, dat zijn innerlijke concessies niets hadden opgeleverd. Hij had het toch maar goed gevonden, dat Dionysius Vossius het Joodse standpunt over het Messianisme had veroordeeld. Erger, Menasseh had geaccepteerd, datin de aanbevelingsbrieven van zijn humanistische vrienden de rabbijn in hem wel gehuldigd was, doch alle andere Joodse Wetgeleerden te ‘zwaar’ waren bevonden. Ook het rabbinaat onder de humanisten stelde zijn problemen.

Veel feller nog waren de twisten, opgeroepen bij het verschijnen van het reeds eerder genoemde De Creatione problemata xxx, dat o.m. begeleid werd door het epigram van Barlaeus. De preciese Calvinisten namen dat niet en het was hun voorman, de Utrechtse hoogleraar Gysbertus Voetius, die leiding zou geven bij het conflict tussen de or-

69

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.