Zij lieten hun sporen achter

Titel
Zij lieten hun sporen achter

Jaar
1964

Pagina's
270



ZIJ LIETEN HUN SPOREN ACHTER

Ik, laatgeborene, zie Je narrenkluchten Van 'f ijdele nageslacht, Jat lacht tevree In leege weelde—en droevig lach ik mee.

Maar smeekend meegeween steunt door de luchten,

En doodsgesnik van vromen—weerloos vee—

Zwelt door der tijden gang tot eindloos zuchten.—

Een jaar later reeds gevolgd door lelie zelfhaat van een ander sonnet, ‘Grote Verzoendag’, waar het luidt:

Nu zoodje, dat nog Joden wordt geheten Met beurzen vol en harten voos en leeg

Inmiddels was Mendels benoemd tot redacteur der Zwolsche Courant, als hoedanig hij zich van 1896-99 verdiepte in de Boerenoorlog en de Dreyfus-affaire. Vooral deze laatste nam hem in beslag en nog bevinden zich in zijn archief, door hem zelf getekende portretten van de onschuldig veroordeelde, benevens huldetelegrammen, die nimmer werden beantwoord. Zijn Joodse intuïtie voor het onrecht wijst hem feilloos de levensrichting. En omstreeks 1900 vindt hij tenslotte het socialisme, dat hij op velerlei manieren heeft gediend en waarvoor hij een grote carrière als advocaat volgaarne offerde.

Van 1901 tot 1906 veroverde hij onder enorme moeilijkheden de Zaanstreek voor de S.D.A.P. In 1903 liet hij zich gelden bij de Spoorwegstakingen. In die jaren valt het conflict met Troelstra, dat jaren duurt. Op het Deventer congres behoorde hij met Wijnkoop tot de uittredende marxisten en hoewel hij vrij spoedig in de schoot der partij terugkeerde, bleef hij een orthodox marxist. ‘Maupie meent het zo goed met de klassenstrijd', luidde Herman Gorters onsterfelijk woord. Na een korte periode als Tweede Kamerlid, werd hij uiteindelijk lid der Eerste Kamer en als zodanig een der invloedrijkste, die de partij ooit heeft bezeten. Zijn kwaliteiten als redenaar waren spreekwoordelijk. Als propagandist van grote allure, kende men hier te lande zijn weerga niet. Een Joodse inslag was hierbij onmiskenbaar. Fenomenaal waren zijn redevoeringen, fel van stijl, zakelijk van in-houd, scherpzinnig van betoogtrant en daarenboven tintelend van Joodse humor. Een nationaal-socialist, die hem in de Kamer bijviel, beet hij hooghartig het rabbijnse woord toe: ‘Niet van uw angelen, niet van uw honing’...

184

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.