Zij lieten hun sporen achter

Titel
Zij lieten hun sporen achter

Jaar
1964

Pagina's
270



ZIJ LIETEN HUN SPOREN ACHTER

maar ik de Nederlandse letteren verkoos.—Ik kan overigens nimmer de grote, waarachtige liberaliteit van mijn Vader vergeten. Mijn Vader uw een overtuigd man in de liberale beweging zijner dagen, maar het echte, vrijheidgevende liberalisme tras bij hem meer dan theorie, het was in zijn wezen overgegaan. Wij waren het vaak hevig oneensmaar hij respecteerde altijd mijn afwijkende inzichten. Het enige, dat hem diep geschokt heeft, was mijn belijdenis aan hem, dat ik niet aan God kon geloven. Dat heeft hem pijn gedaan, maar het atheïsme was en is mijn overtuiging.

Wij hebben David—naar Ritters formuleringen—maar even aan het woord gelaten, hoezeer hij ons hier hindert door een matte conventionele stylering. De feitelijke evolutie van de rabbijnenzoon was heel wat gecompliceerder. Aanvankelijk zionist, zond hij een adhesiebetuiging naar het tweede Zionistencongres (1899). In die jaren was hij zeer bewust Jood, met belangstelling voor Joodse cultuur en speciaal voor ‘Tenach’. Schreef hij niet in op de Nieuwe Leidse Vertaling? Hij bezocht tot vrij laat de synagoge. Als Dünner dan toevallig preekte, verliet hij kort tevoren demonstratief het Godsgebouw. Zo plachten ook Dünners zonen te doen in het omgekeerde geval! In hoeverre de breuk met het Jodendom in verband heeft gestaan met de socialistische levenskeuze of (anders geformuleerd) in hoeverre de socialistische keuze direct of indirect een gevolg kan zijn geweest van de complexe structuur rondom het conflict van zijn vader, zal wel nimmer opgehelderd worden.

Maar dat de rabbijn a priori afwijzend zou hebben gestaan tegenover de geprononceerde denkbeelden van zijn opgroeiende kind of zich later zou hebben gedistantieerd van diens, vooral politieke, vrienden, moet ten stelligste worden ontkend. Een lietdevolle band bleef de verhouding vader-zoon beheersen. Jozef Wijnkoop was het kind van een arme familie, die om het midden van de vorige eeuw aan de St.-Antoniebreestraat woonde; zijn cultuur was hoogstens die van één generatie. Zijn persoonlijke moeilijkheden dreven de gedeukte man, door zijn zoon terecht als ruimdenkend voorgesteld, misschien zelfs wel eens naar links. ‘Rabbijn Wijnkoop stemt rood’, beweerde men somtijds in hetghetto. Vrij van vooroordelen, mengde hij zich dikwijls in de discussies met Davids vrienden, ook de niet-Joodse, en hij demonstreerde dan een vrijzinnigheid, die hen imponeerde. Tot Sam de Wolff moet hij eens met alle distantie ten aanzien van het eigen-ik hebben gezegd: ‘Jij had rabbijn moeten worden.’ Dan, zichzelf in de rede vallend: ‘Nee, nee, nee...’

Dat David in zijn eerste socialistische jaren nog Joods-bewust was, blijkt uit zijn jaarlijkse ‘seeder’-avond- (paasavond-)viering, in elk ge-

180

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.