Zij lieten hun sporen achter

Titel
Zij lieten hun sporen achter

Jaar
1964

Pagina's
270



VAN ‘CO-EN1’ TOT COHEN

eens bij ons aan huis geweest, eenmaal heeft hij aldaar een collation gebruikt en is te dezer gelegenheid het huis zeer fraay geïllumineerd geweest, terwijl het gantsche Hof van den toen regeerende stadhouder de illuminatie is komen te zien.

Doch om welke reden de Koning ons met een bezoek vereerde is mij geheel onbekend, waarschijnlijk geldelijke aangelegenheden of wel pure courtoisie.

Ikherinner mij ook gehoord te hebben dat onze grootvader aan Prins Willem V inzeker critieke oogetiblik 300 tonnengouds renteloos ter leengegeven heeft.

Ook herinner ik mij in mijn jeugd gezien te hebben een perkament inhoudende de benoeming door zekeren Hertog Corel van Nassau van onzen grootvader Simeon tot deszelfs Hojbankier.

En daar waarde vriend, alles wat ik mij van de voormalige grootheid van ons huis kan herinneren. Ik gevoel mijn hart pijnlijk benauwd wanneer ik bedenk wat wij geweest zijn en wat wij hadden kunnen blijven. Papieren heb ik volstrekt met, heb die ook nimmer gehad, de hemel weet hoevele belangrijke stukken verloren zijn geraakt—koevele als het ware baldadig zijn vernietigd—alles weg, eer, aanzien, rijkdom, niets is overig gebleven, dan de treurige herinnering aan voormalige grootheid. Deze weinige regelen zullen U overtuigd houden met hoe veel belangstelling ik de zaak in questie beschouw, doch gevoel ik mij onvermogend om meer en betere inlichtingen te geven. Intusschen zoude het voor ons van belang zijn om van een en ander mentie te maken in het bedoeld in het licht te geven geschrift. Data’s behoeven juist niet zóó nauwkeurig te worden vermeld; men kan aan de zaak een goede wending geven en in het algemeene bewoordingen zeggen al hetgeen gij dienstig en nuttig acht, terwijl het geheel toch samenhangend kan zijn.

Vaart wel en gelukkig Uwe en met de meeste vriendschap noem ik mij Uw vriend en neef

LOUIS

De fantastische in houd van het schrijven heeft stand kunnen houden na nauwkeurig historisch onderzoek. Tobias Boas is een persoonlijkheid geweest van geheel aparte allure. Een man wiens invloed niet alleen beperkt zal zijn gebleven tot het strikt-zakelijke leven. Een Asjke-nazische hofjood, die nog geheel leefde uit de steer van het eeuwenoude Jodendom; die Joodse geleerden hielp bij het publiceren van hun geestesproducten; die belangstelling toonde voor Joden in het verre Cochin. Door wiens bemiddeling Joodse intellectuelen contact zochten met deze merkwaardige resten van oeroude Joodse vestigingen in Azië. Handelsrelaties tussen Tobias Boas en Ezechiël Rachabi, die daar woonde, stimuleerden tot de eerste wetenschappelijke onderzoekingen naar dit Jodendom.

Boas bezat een voortreffelijke bibliotheek, waarvan een veiling-ca-talogus bewaard bleef. Niet alleen naar omvang, doch ook naar de va-

97

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.