‘We Arabs... look with the deepest sympathy on the Zionist movement.’ April *2o bracht de ontgoocheling. In mei 1921 schudden nieuwe Arabische pogroms, voorzover nog nodig, de Joden weer wakker. Engeland zag zich geplaatst tegenover een ingewikkelde structuur, die sedertdien de aandacht van heel de wereld zou trekken. De inmiddels gearriveerde Joodse High Commissioner Sir Herbert Samuel en zijn ambtenarenapparaat werden ter plaatse geconfronteerd met keiharde politieke feiten. Maar dat alles raakte slechts de buitenkant. De essentiële vraag, reeds in het begin van 1920 gesteld, luidde: hoe zouden de jonge Palestijnse Joden op dit alles reageren 1 Had de nationale idee van Theodor Herzl in ruim 20 jaren een nieuw geslacht geschapen? Of- om Jacob Israël te citeren -
Of zullen wij van den volkenkamp leeren:
Machtloos is een volk zonder vaderland??
Zullen wij brekend en trotseerend keeren Naar ’t oudererf tusschen Jordaan en strand ?
In vrede met elk volk levend, maar strijdend Tegen elk volk voor ons veld, onze woning,
Al droom en daad aan het eigen land wijdend,
Dat het weer overvloeit van melk en honing.
Eén volk, één land, niet meer in de gelederen Van veel volken verdeeld, door elk veracht.
Wij willen verneedren, die ons vernederen,
En krachtig staan door eigen stoute kracht.
De Zaanse poëet had dat goed gezien in het jaar 1914. De tweede Alija was hier voorgegaan. Maar tijdens het Turkse bewind kon een beweging als Hasjomer slechts een geheim bestaan leiden. Sedert 1914 was het groeiproces van een modern-Joods militaire beweging in volle gang. Wladimir Ja-botinsky creëerde zijn Legioen. Een andere mentaliteit drong onstuimig naar voren. Zou nu eindelijk dit getergde volk opstaan om Herzls droom te herscheppen door een werkelijkheid heen van moed en doodsverachting?
Zo ongeveer kon het begin worden geformuleerd van een belofte, waarvan wij de vervulling hebben mogen beleven. Maar toen? Wie durfde de toekomst van dit kleine groepje Palestijnse Joden voorspellen temidden van deze Arabische wereld, die ten overmate door Engeland werd beschermd?
281