kon doen gelden. Een officieel anti-Zionistisch front van onverdacht-or-thodoxen, dat zich in de verwarde politieke situatie tegen de Zionistische Wereldbeweging kon doen gelden, zie daar het oogmerk van de vroegere dichter van Het Joodsche Lied. Rebbe Straschun zag het verkeerd, toen hij zijn oud-leerling in een bewogen Hebreeuwse brief bijna smeekte zich niet door Reb Chaim en zijn fanatieke volgelingen te laten gebruiken. Jacob Israël gebruikte hen. Een paar honderd volstrekt ongeschoolde en onpolitieke Joden - in de diaspora gesteund door de Agoedas Jisroëil (de wereldorganisatie der wetsgetrouwe anti-Zionisten) - traden de arena binnen van het Midden-Oosten, anno 1919! Onder leiding van een Ba’al Tesjoewa uit het Westeuropese fin de siècle...
De tijden waren toch al verward én vol van hooggestemde Messiaanse verwachtingen. In 1917 begon een nieuw hoofdstuk in de geschiedenis der Joden, als wij ons maar realiseren, dat er voorlopig slechts nieuwe moeilijkheden aan de horizon verschenen. De hoop, dat nu - met de steun van het almachtige Engeland - eindelijk de poorten van Palestina zouden worden geopend en de Kibboets Galoejot (‘verzameling der ballingen van de vier hoeken der aarde’) een aan vang zou nemen, bleek een illusie. Daar dienden zich reeds spoedig de moeilijkheden met de Arabieren aan én de daaruit resulterende immigratiebelemmeringen. Dat het de Mandataris niet gemakkelijk zou vallen te laveren tussen Israël en Ismaël zou in een lange, trieste ontwikkeling worden bewezen. Mandataris, want Palestina viel onder het begrip Mandaat, een terminus technicus door het Volkenbondshand-vest gegeven aan een voogdij, die krachtens art. 22 van dit Handvest onder oppertoezicht van de Volkenbond, door verschillende geallieerde staten werd uitgeoefend over de voormalige Duitse koloniën en de niet-Turkse delen van het voormalige Ottomaanse Rijk. De verdeling geschiedde op de conferentie van San Remo (1920). Men onderscheidde drie categorieën. Het A-Mandaat (als hoedanig Palestina gold) bedoelde, dat de onafhankelijkheid van het gebied als zodanig wel werd erkend, maar het werd nochtans geacht tijdelijk bij het bestuur vreemde adviezen en hulp (i.c. van de Mandataris) niet te kunnen ontberen.
San Remo 1920! In de afgelopen drie jaren was er heel wat gedokterd aan die desolate wereld, die naar Jeremia’s woord hunkerde naar ‘Vrede, vrede-; doch er is geen vrede...’ Wat moest Versailles 1919 - wat moesten al die andere conferenties brengen? In zijn uitstekende biografie van Lawrence geeft Anthony Nutting ergens een levendige kijk op de onontwarbare kluwen moeilijkheden, waarin de geallieerden zichzelf hadden gemanoeuvreerd:
277