dendom gedurende de vorige eeuw is ook thans eerst mogelijk als wij — evenals werd gedaan bij de analyse van het Joodse vraagstuk — ook nu uitgaan van de twee aparte delen, waarin het Europese Jodendom was uiteengevallen. Twee aparte delen van één volk, dat misschien nu op weg was naar een nieuwe eenheid. Wat in het Parijs van de jaren negentig Joods nationalisme ging heten verdroeg zich nauwelijks met de inzichten van — om nu maar één voorbeeld te noemen - Rabbi Loewe ben Betsalel, de “hohe Rabbi Löw” uit het Praag der 16e eeuw, die door Martin Buber in 1950 voor het forum der publiciteit werd gehaald als kampioen van de Joodse volks-idee. En wiens denkbeelden aldus worden geformuleerd:
“Jedes Volk, so lehrt Loewe ben Bezalel, hat der Weltordnung nach ein Recht auf ein Land. So hat auch das Volk Israel ein Recht auf das Land Israel. Dasz Gott es ihm vorenthält, liegt nicht daran, dasz es weniger wäre als ein Volk, sondern daran, dasz es mehr ist: auszerdem, dasz es ein Volk ist, ist es Israel. Als Israel ist ihm von Gott sein Land um seiner, Israels, besonderer Aufgabe geschenkt worden: der “Anfangsteil seiner Ernte” zu sein. Dasz es diese Aufgabe nicht erfüllt hat, als es in seinem Lande wohnte, ist seine Schuld. Um dieser Schuld willen ist es verbannt. Aber das Land wird ihm, sobald es geläutert ist, wiedergegeben werden — und die Aufgabe mit ihm.”
En dat werd geuit twee eeuwen vóór de Franse Revolutie en drie eeuwen vóór Herzl. Ons, die de Joodse massa in het Oosten hebben leren kennen, klinkt dit niet zo vreemd in de oren. Het verlangen naar en de liefde voor Zion (“Chibat Zion”) leefde bij Joden, die — door de buitenwereld gedwongen — nog geheel in de eigen atmosfeer verkeerden. In wier denken en doen (het “doen” hier opgevat als het verrichten van de gebeden — de mits-wot, meervoud van mitswa) de mits wat jisjoew er ets jisraeel (= het gebod van het wonen in Palestina) een centrale plaats innam. Een gebod, dat hier niet doodgedrukt was tot een lege formule in een plichtmatig gebed.
Deze Chibat Zion leidde tot een beweging, die volstrekt los staat van de talloze — soms ook door niet-Joden ondernomen — Jodenstaat-projecten in het Heilige Land. In het met “lovers” als het ware volgepropte boek van Nachum Sokolov (“Hibbath Zion” — the love for Zion) vindt men ze her en der. Devote chassidim en geleerde Rabbijnen. Zij allen vonden gretig gehoor bij Joden, voor wie de smart van de ballingschap {galut, goles) verzacht werd door het verstilde verlangen naar een uiteindelijke verlossing (ge’ula). Propaganda voor nationale saamhorigheid in de zin waarmee de zionistische ideologie kort voor 1900 moest beginnen, was in het Oosten min of meer overbodig. De belangrijkste symbolen van een normaal volksbestaan hingen als rijpe vruchten aan de bomen. Dit is misschien het duidelijkste te illustreren aan de ontwikkeling van de Haskala (== Verlichting).
Onder Haskala verstaan wij de culturele (niet slechts literaire) beweging
54