mede begonnen. Naar ik wil geloven — niet zonder jalouzie jegens de Asjkenaziem, die zich toen reeds in het bezit van de Grote Sjoel konden verheugen.
Het rapport door een in het leven geroepen commissie uitgebracht en door De Castro *) in extenso gepubliceerd, geeft ons een kijk op de verschillende plannen.
Als laatste in de rij wordt de aandacht gevestigd op een stuk grond „gelegen voor de hoofdingang van het Leprozenhuis”. Ter plaatse waar zich oorspronkelijk de St. Anthonispoort heeft bevonden. Menselijk is de documentatie — sprankelend van leven en vol begrip. De plaats is ruim. Zij is niet veraf. De eerste „Jodenhoek” toch strekte zich uit rondom het uitgebreide Ylooyenburg. Ook hoeft men niet bevreesd te zijn voor de kinderen, die immers geen hrug hoeven te passeren en ongehinderd kunnen spelen op de plaats. Goede zorg voor ons Joodse kind, zijn wij hierin niet het diepst geschonden?
Op 23 November 1670 preekt Aboab. fl. 40.000 is het resultaat.
(foto Boris Kowadh
De Esnoga, hoog oprijzend boven de dienstgebouwen