komfoor van kunstvol uitgewerkt kopergoed uit het oude Holland afkomstig, dan een theekop van Fransch steenwerk voor zijnen vader, en voor zich zeiven een drinkbakje van koffiebruin porcelein, maar wit en blauw van binnen.
De kamer liet hij donker. Uit zijn koperen komfoortje, dat door zijn eigen lichtje als goud blonk, streepten lijnen van licht in het vertrek. Sommige daarvan raakten het gelaat van den vader van Johan met dunne lichtschijn. De jongen zag naar het stille, geliefde gezicht, vredig in dien gouden schijn. Hij wist, dat hij de laatste jaren niet op zulk eene volkomen vredige en ongestoorde manier met zijnen vader had samengeleefd. Hij dacht ongestoord: ״laat ik vader nu vertellen, wat mijn groot en geheim verdriet is." Maar dadelijk daarop dacht hij: ״doe het niet... doe het niet... wanneer je het eenmaal gezegd hebt, kun je geen woord meer ervan in je macht terugkrijgen ... en vader kan een afkeer van je krijgen, als hij het weet."
De fijne rust van Johan was verdwenen, en wel vervangen door de vrees, dat hij in de verleidelijke vreedzaamheid van dien dag ertoe komen zou, dat hij aan zijnen vader zijn afschuwelijk geheim zeide.
De angst, dat hij spreken zou, kreeg den jongen sterk beet, en hij wist, dat het nu zeer gevaarlijk voor hem was, dat hij voortdurend bij zijnen vader bleef. Johan dacht fel: ״daar komen de gevolgen van mijn afwijkend gevoelsleven weder." Toen stond hij kalm op, en hij zeide, precies overwegend alsof hij woord voor woord schreef: ״vader, ik voel mij zoo tevreden en zoo gelukkig met u, dat ik er toe zou kunnen komen, u mijn geheim te vertellen, dat mij vroeger zoo ziek heeft gemaakt. . . maar ik ben zeker, dat wij daarna alle-twee ellendig zullen zijn. Laat ik nu vandaag verder maar alleen in mijne kamers blijven . . . daar voel ik mij tenminste veilig.
8.
Op het einde van de avond verloor Johan die gevreesde behoefte om zijnen vader te vertellen van het vreeselijke en teisterende verdriet. Hij verheugde zich om de wille van hen beiden, dat hij zich niet roekeloos tot zulk eene gevaarlijke vertelling had laten verleiden. Wanneer zijn vader het wist, zou hij Johan voor altijd hebben gehaat.
25