Deze studiën worden voortgezet door de leerlingen van het psycho-neurologisch instituut. Gebleken is bijvoorbeeld, dat de jongens uit de Petersburgse kolonie in lichaamsontwikkeling twee jaar achter komen bij de adellijke knapen van het kadet-tenkorps.
De jongens komen in de kolonie in het algemeen niet ouder dan veertien jaar. Zij blijven de eerste vijf dagen ter observatie in het ziekenhuis. De kolonie heeft een plattelands-heelmeester en wordt driemaal per week door een geheel bevoegde arts bezocht. Na de vijf observatie-dagen begint hun noviciaat, dat anderhalf jaar duurt. De jongens gaan naar school, zij zijn veel buiten, maar arbeiden nog niet in de werkplaatsen. Gedurende het noviciaat hebben de meeste ontvluchtingen plaats. De gelegenheid is dan het gunstigst en het verlangen naar het zwervende leven in St. Petersburg het sterkst. Gedurende het noviciaat wordt drie maal zo veel gestraft als later. Het aantal ziekendagen is tien maal zo groot als later. Het buitenleven heeft een gunstige invloed op hun lichaam. En de geest van liefde en toewijding, die de ambtenaren in de koloniën beheerst, op hun ziel. De salarissen in de koloniën en prioeten zijn laag. En toch is er altijd keus van goede, toegewijde leerkrachten, die hun leven geven aan dit moeilijke werk.
De meeste jongens komen voor diefstal: 87%. Voor beroepsbedelen ruim 2%. Voor doodslag weinig, V2%. Er waren tijdens ons bezoek 212 jongens, verdeeld over 8 families.
Voor de jongens, die hun noviciaat hebben doorgemaakt is de dagverdeling als volgt: Opstaan des zomers om zes, des winters om zeven uur. Ontbijten. School tot 12 uur. Middageten. Vrij tot 2 uur. Vakarbeid, waarvan de opbrengst gedeeltelijk aan de jongens komt, tot vijf uur. Dan thee. Vrij tot zeven uur, avondeten en vroeg naar bed. De jongens van bijzondere aanleg studeren op kosten van de kolonie verder. Soms aan de universiteiten. Enkelen worden officier. Zelfs onderwijzer. Hun vroegere veroordeling is daartegen geen bezwaar. Daar de jongens meestal voor hun vijftiende jaar komen, worden zij op hun achttiende jaar ontslagen. Dan blijven zij nog driejaar onder het patronaat
42