DE JODEN IN SPANJE - HUN TOESTAND ONDER DE OMAJADEN
- VERANDERING ONDER DE CHRISTELIJKE HEERSCHAPPIJ-
DE GELOOFSVERVOLGING IN 1391 - ONTSTAAN DER NIEUW-
CHRISTENEN (MARRANOS) - DE .INQUISITIE IN SPANJE -
VERDRIJVING DER JODEN - IMMIGRATIE IN PORTUGAL -
HUN TOESTAND ALDAAR-HUN VERBANNING-DE INQUISITIE
IN PORTUGAL - EMIGRATIE NAAR DE NOORDEL. EN ZUIDEL.
NEDERLANDEN - PLAKKATEN VAN KAREL V - UNIE VAN
UTRECHT - DE EERSTE, DIRECT UIT PORTUGAL, TE AMSTER
DAM AANGEKOMEN MARRANOS.
Reeds sedert overoude tijden waren Joden in Spanje gevestigd: of zij er reeds in Koning Salomo’s tijd woonden, of tijdens de Maccabeeën, zooals sommige berichten melden, doet weinig ter zake; zeker is het echter, dat na de verwoesting van den Tempel, Titus en later Hadrianus de verbannen Joden daarheen overplantte. Zij vonden in het schoone Spanje, dat in zijn klimaat zooveel overeenkomst met hun geliefd vaderland vertoonde, rust en verzachting van hun lijden. Als nijvere akkerbouwers waren zij zoowel door de Romeinen als later door de Westgoten geacht, terwijl zij met de overige burgers op gelijke lijn waren gesteld. Deze gunstige toestand hield op, toen het Katholidsme zijn banier ontplooide en de geestelijkheid ook hier tot macht en aanzien geraakte.
Het streven van Reccared, na zijn overgang tot het Katholieke geloof, en van zijn opvolgers was, door eenheid van godsdienst in hun Rijk een politieke eenheid te vormen. Gaven de Joden aan den dwang van het oogenblik gevolg met de stille hoop, dat hun noodtoestand slechts van voorbij-gaanden aard zou zijn, spoedig bleek, dat zij zich vergist hadden: de Westgotische Wet waakte in alle gestrengheid