Geschiedenis der Portugeesche Joden te Amsterdam 1593-1925

25

nog ten huidigen dage zijn zegenrijk werk verricht, haar taak overgenomen.

Ook de thans nog bestaande Gebroederschap „Berith Jitschak” voert haar bestaan op tot den oorsprong der Gemeente. Haar doel is, bij de armen in de kosten van den besnijdenis-maaltijd te voorzien en de noodige ingrediënten voor dè besnijdenis te verschaffen.

Voor vrouwen, die het leven aan eene dochter schenken, zorgt de Vereeniging „Mishpat ha-banot”, opgericht in 1730.

Voor hen, die door zeeroovers waren gevangen genomen (wat in de 17e eeuw bij de vele handelsreizen nog al vaak gebeurde), zorgde de Vereeniging „Captivos” (vrijkooping van onschuldig gevangenen of tot slaven verkochten) door het noodige losgeld bijeen te brengen. Ook deze Vereeniging dagteekent uit den tijd der vestiging.

Bij de komst der Hoog-duitsche Joden alhier (1636) werd door eenige Portugeesche jongelui de Vereeniging „Shaaré Shamaïm” („Poorten des Hemels ) Opgericht, om den vlucll- Gedenkpenning, geslagen ter gelegenheid telingen eenigen tijd huisves- van het 300-jarig bestaan der „Santa Com-ting te' verleenen. Het eerste p^iadedot_arOrphaseDonzeiias''(i₉i5).

tiental dezer Hoogduitsche Joden leenden van Fcancisco Go-mez da Costa en Isaac Muscato twee Heilige Wetsrollen, om hun Synagoge-diensten naar behooren te kunnen inrichten.

Van vóór 1639 dateert ook het thans nog werkzame fonds „Vestiaria dosTalmidim” („kleeding voor de schoolkinderen”) dat den behoeftigen leerlingen der Godsdienstschool van kleeren voorziet.

De eerste academie (Hebreeuwsch: Jesiba), uitsluitend Wetstudie beoogende, werd door Chagam Saul Levi Morteyra na het overlijden van Jacob Israël Belmonte in 1629 opgericht onder den naam: „Reschit Chogma” („Begin der Wetenschap”).