Buigen onder de storm - Levensschets van Philip Mechanicus 1889-1944

Titel
Buigen onder de storm - Levensschets van Philip Mechanicus 1889-1944

Auteur
Koert Broersma

Jaar
1993

Overig
biogr Mechanicus

Pagina's
258



Het kampleven in Bergen-Beisen werd vrijwel volledig beheerst door de enorme honger, de vele ziektes, het werk en de geruchten. Evenals in Westerbork kwam in Bergen-B eisen een welig tierende geruchtenstroom op gang, door de joden met zelfspot ‘jpa’ genoemd: Jüdische Presse Agentur. Abel Herzberg meldde dat de atmosfeer in Bergen-Beisen voortdurend vol was van geruchten. De stemming onder de kampbewoners steeg en daalde al naar gelang de inhoud hiervan. Dagelijks werd melding gemaakt van het laatste ‘frontnieuws’. Hoe slecht deze berichtgeving functioneerde, bleek in juni, toen de jpa van alles en nog wat in het kamp rondstrooide, maar uitgerekend geen nieuws bracht over de invasie in Normandië, D-day, die toch op 6 juni was begonnen. Pas enkele dagen later sijpelden in het kamp de eerste meldingen door over deze historische gebeurtenis.

Aan het eind van de zomer van 1944 werd begonnen met de evacuatie van grote groepen joden uit de Poolse vernietigingskampen naar onder andere Bergen-Belsen. De nieuwe gevangenen werden hier volkomen van de andere kampbewoners geïsoleerd. Heel langzaam kwamen, mede door de binnenkomst van deze transporten, de eerste verhalen op gang over de massale jodenvernietiging in Polen. Gerry Waller was ingedeeld bij het levensmiddelencommando. ‘Wij hoorden, via verschillende kanalen, van de mensen uit Auschwitz afschuwelijke berichten over de vergassingen. We konden het eerst moeilijk geloven. Iedereen had altijd gedacht: Auschwitz is een Arbeitslager, waar ze je je dood laten werken. Maar het enorme ongeloof sloeg langzaam om; daarvoor waren de geruchten te hardnekkig.’

Het is onduidelijk wat er zich tijdens Mechanicus’ verblijf in Bergen-Belsen rond Annemarie van den Bergh-Riess heeft afgespeeld. Julie Bial-Spitz kende haar oppervlakkig en bevestigde dat de twee tijdens de quarantaineperiode vaak contact met elkaar hadden. ‘Mechanicus ging veel met haar om en ze waren zeker bevriend. Meer kan ik er niet van zeggen, meer wéét ik ook niet.’ In de dagboeken werd Annemarie niet genoemd en Louis Tas wist niets over haar. ‘Opmerkelijk,’ zei hij, ‘ik ben in mijn geheugen héél diep teruggegaan. Bij veel personen die ik in Bergen-Belsen heb gekend, zie ik gebeurtenissen en ook gezichten van hen die bij deze mensen hoorden. Bij Mechanicus zie ik echter zeer beslist géén vrouw. Dat zegt natuurlijk niet alles, maar als zij opvallend met elkaar omgingen, dan had ik dat nu nog wel geweten, want ik had best oog en oor voor dat soort rendez-vous-tjes.’

223

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.