tje met God te willen sluiten door te denken: ik ga op tijd naar de kerk en van de rest trek ik me niets aan, dan word ik evengoed zalig. Want je zou jezelf het recht aanmatigen medezeggenschap in Gods besluit te hebben. Wij dienen te leven tot Gods eer, dat wil zeggen, doorlopend strevend de hoogst mogelijke lichamelijke en geestelijke inspanning te getroosten om en eventuele zaligheid waardig te worden. Wij hebben echter de plicht goed met elkaar te leven, zonder de eventuele zalig-wording onszelf als verleidelijk lokaas voor te houden. Wij mogen alleen daarop hopen. Als wij definitief konden weten, dat er geen zaligwording mogelijk is, zouden wij dan het recht hebben om slecht met elkaar te leven?”
„Er zit veel waarheid in jouw gedachten, doch het is nutteloos, de kerk zal haar denkwijze te alle tijde willen handhaven.”
„Vele denkwijzen, die vroeger als richtlijn dienden, hebben heden afgedaan. Het nieuwe komt ervoor in de plaats, maar is ook niet blijvend. Het is voor ons ook niet van belang hoe wij het oude kunnen vasthouden of wat er na duizend jaar wellicht zal zijn. Voor ons geldt alleen wat tijdens ons leven in onze gezichtskring ligt te onderzoeken en ons aandeel in de mogelijkheden tot uitvoering van Gods Woord te aanvaarden”
„Als je dat zou durven zeggen, kwam je in botsing met de kerk of met de mensen, die een andere maatschappij willen oprichten.”
„Ik kan met de hedendaagse denkwijze der kerk niet accoord gaan, dus ben ik daar al in botsing mee. Om de maatschappij zoals jij die zou willen, hoef ik mij echter niet bezorgd te maken. Die is zonder erkenning der kracht van de religieuze drang een incompleet geheel en zal haar houding vroeg of laat moeten herzien.”
Onder het harken van het barakkenterrein, is Louw met zijn helper in gesprek. Dit is een oudere Haftling met een van rimpels doorploegt gelaat. „Stel je niets van een betere wereld voor,” zegt hij moeizaam, „want het leven is één desillusie. Alles wat je jezelf voorneemt, komt anders uit. Alles is een leugen en bedrog. Trouw bestaat niet, Liefde is een woord, waar egoïsme achter schuil gaat. Als je jong bent denk je je
66