„Ik doe niet aan politiek. Zonder dat ben ik ook gelukkig. Ik tracht alleen door zo goed mogelijk met mijn gezin te leven een voorbeeld voor anderen te zijn. Wel werk ik met volle ijver aan vertalingen van boeken en tracht daardoor onze cultuur op hoger peil te brengen.”
Nu ageert Louw scherp: van verontwaardiging vliegen de woorden achter elkaar zijn mond uit. De leraar krijgt geen kans om er ook maar één woord tussen te brengen.
„Jij bent evengoed gelukkig. Kun jij gelukkig zijn, terwijl millioenen mensen om een oplossing van hun steeds groter wordende nood smeken ? Jij wilt, door goed met je gezin te leven, een voorbeeld zijn voor anderen. Voor wie ? Voor de talloze arbeiders, die de gehele dag in fabrieken werken, ’s avonds moe thuis komen en dan de rest van hun tijd verpest zien door zorgen van allerlei aard ? Of wil je een voorbeeld zijn voor de mannen, die hun opvoeding in smerige achterbuurten ontvingen en daardoor in de gevangenis terechtkwamen ?1s de mogelijkheid om goed met elkaar te leven dan overal hetzelfde ? Aan cultuur gewerkt, zeg je ? Sinds wanneer leest een arbeider boeken, die het woord cultuur waard zijn ? Langs wat voor weg heb jij getracht zijn vunzige detectiveroman voor een goed boek te ruilen? Staat de ontwikkeling los van economische factoren ? Heeft hij geleerd zware muziek te begrijpen ? Of had hij les in kunstgeschiedenis ? Niets van dit alles. Dat voordeel had jij. Jij studeerde van het geld, door de arbeiders voor jou verdiend en kijkt nu op de domme arbeiders neer. Of is jouw standpunt misschien uit angst voortgesproten ? Angst voor rivaliteit, die zich vastgezet heeft in je onderbewustzijn. Heb je misschien al een kleine tip gezien van de mogelijkheden, die er straks komen, als iedere arbeider tijd en gelegenheid krijgt om te studeren ?Voel je dan nog niet, welk een schone taak jou wacht? Jij kunt je geleerdheid overbrengen op ontelbare weetgierige arbeiders. Of geef je liever les aan rijkeluiszoontjes, die door hun ouders in hun domheid zoveel mogelijk buiten de grote levensstrijd gehouden worden ? Steek boven al deze mensen uit, meneer, want alleen als je je in kan zetten voor de taak, die wacht, is het leven waard geleefd te worden.”
36