6
DE GEVONDEN GEGEVENS
A. Traditieverval
Eenmaal dansten onze vaderen met één hand op vriendenschouder, in de andere hand het séfer — last door ’t volk getorst met liefde — eenmaal dansten onze vaderen.. .1.
Wanneer men wil vaststellen of er al of niet verschillen optreden in het nakomen van specifieke Joodse gebruiken in een aantal opeenvolgende generaties bij de Joden in Amsterdam, dan bestaat daarvoor in principe één geheel sluitende techniek: men zal dan steeds na verloop van ongeveer twintig jaar onder geheel gelijke omstandigheden, op een gelijke wijze, met gelijke vragen, een gelijksoortige steekproef moeten enquêteren en de resultaten van deze enquêtes onderling vergelijken. Daar dit bij onze groep echter in het verleden niet gebeurd is en wij ook niet de tijd nemen om een halve eeuw te wachten met het publiceren van onze gegevens, zijn wij genoodzaakt minder volmaakte methoden te gebruiken, wanneer wij toch iets te weten willen komen over de ontwikkeling van het nakomen der Joodse gebruiken bij de jongste generaties in Joods Amsterdam2.
Hierbij kan men twee procedures toepassen, namelijk:
i. Het kwantificeren van de antwoorden van de geënquêteerden op
S 2
1
Jitschak Lamdan in het gedicht „De Ketting der Dansers”, vertaald door D. Koker en J. Melkman in „Modem-Hebreeuwse poëzie” - $702-1941, Amsterdam, p. 61.
2
In de praktijk wordt een dergelijk gedetailleerd onderzoek zelden opnieuw op precies dezelfde wijze gedaan, omdat én de mening van de onderzoekers over wat als onderwerp van onderzoek belangrijk is verschuift, én de onderzoektechnieken veranderen én de mogelijkheden tot het verrichten van een uitgebreid onderzoek bij de sociale wetenschappen zelden precies gelijk zijn.