deze bewering door enig kwantitatief materiaal toch wel op haar plaats geweest zijn. Reeds wezen wij op de tegenspraak tussen haar werk en dat van Antonovsky in verband met Joodse identificatie en klasseïdeologie.
Tenslotte zullen wij nu Nederland behandelen. Hier zou men kunnen spreken van een zekere continuïteit van het Joods demografisch onderzoek. Allereerst moeten uiteraard de verschillende volkstellingen van het C.B.S. genoemd worden. Een bezwaar hiervan voor ons doel is, dat de Joden die geen lid zijn van één der Israëlietische kerkgenootschappen of zich om een of andere reden bij een volkstelling niet als zodanig willen opgeven, uitgeschakeld worden. En dat aantal is, zoals wij nog zullen zien, nu veel groter dan vroeger. Verder noemen wij
o.a. Dr. E. Boekman: „Demografie der Joden in Nederland” — 1936, Drs. A. Veffer: „Statistische gegevens van de Joden in Nederland” -
1941, verschenen in opdracht van de „Joodsche Raad voor Amsterdam” en tenslotte de in 1960 verschenen Demografische Analyse van de Commissie voor Demografie der Joden in Nederland onder voorzitterschap van Dr. A. Vedder.
Psychologische beschouwingen over de Amsterdamse Joden zijn te vinden in een studie van Dr. F. Grewel en Dr. C. van Emde Boas over „De Joden in Amsterdam”, verschenen in „Mens en Maatschappij” -19ss, afl. £ en 6. Een Amerikaanse student, Rivkin, schreef in 19^4 een scriptie voor het behalen van zijn master-degree getiteld „The Jews in Postwar Amsterdam”. Voor deze scriptie heeft Rivkin een klein aantal Amsterdamse Joden geïnterviewd (niet op random-basis); een schriftelijke enquête mislukte door het feit dat het percentage antwoorden zeer klein was. Voorts heeft Rivkin nog een aantal formele leiders der Joodse gemeenschap geïnterviewd. Het geheel leidde tot een aardig overzicht van de situatie der Joodse gemeenschap in Amsterdam in 19^4, dat echter mede door de gebrekkige methodiek niet van een zekere oppervlakkigheid is vrij te pleiten.
Daarnaast is er de studie van Mejuffrouw R. Kats1, die zich in haar doctorale scriptie tot doel stelde het werk van Rivkin voor
34
1
„Een groep is klein geworden” - Een analyse van de situatie der Joden in Nederland na de tweede wereldoorlog. November 1960, (zie hoofdstuk 2 van onze studie, p. 9).