Het wankel hart

Titel
Het wankel hart

Jaar
1946

Overig
poezie

Pagina's
36



II

De klokken luidden niet, toen gij verscheidde, noch lei men kransen bij uw open graf, er was geen priester die gebeden zeide en u vertrouwend in Gods handen gaf.

Gij zijt genadeloos teloorgestoten in de verschrikking van een blinden dood. Nog hadt gij uwe ogen niet gesloten, toen het geweld u reeds de keel afsloot.

Dit was een sterven als een dier moet dulden, dat weerloos naar de slachtplaats wordt geleid. Maar gij, de steeds door vuren angst omhulde, vervolgt mij met de jammer van uw strijd, uw stom gebalde vuist, uw snikkend vragen, waarom uw leven werd kapotgeslagen.


28

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.