Scheppingsdroom

Titel
Scheppingsdroom

Jaar
1940

Overig
poezie

Pagina's
104



de ruimte met hoog opgestoken handen en droomde dat hun greep haar gansch omspande, dat hij kon onderduiken in de lucht, een vogel die zich wegstort in de vlucht, zacht klapperen zijn vleugels, hij beschrijft een cirkel door het hemelruim en drijft bewegingloos door blauwe zeeën voort.

Maar eensklaps vond de knaap zich aan den boord van de rivier terug. Een kleine maan trok zilverdraden langs de waterbaan, die prevelde en stroomde als een stem in een gewelf, breeduit en toch gedempt.

Er was daar ook een brug met houten dek.

Zijn driftig loopen wekte plek na plek even uit stilte op, een roffelslag geslagen in een rijk voorbij den dag, en niemand hoort dien eenzamen soldaat, die achter menschelijke grenzen gaat.

Want verder dan het warme menschenrijk nam deze jongen roekeloos de wijk.

Hij zag nog wat vermoeide zonnevegen, die gingen dood, zij konden niet bewegen; vreemd hingen zij tusschen de sterren door, bloed dat zich uit het zonnelijf verloor.


31

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.