De mensen zijn er nog
De mensen zijn er nog en het wordt avond, zoals het geweest is. Met lange armen gaan zij de dag uit, bukken zich, leggen hun leden in het donker, omhelzen elkanders ongestorvenheid en slapen de tijd uit hun vermoeide hoofden weg.
En altijd geurt de nacht naar ingehouden krachten, water met stilstaande stem, bomen die hun gebarentaal vergeten, wind die te aarzelen begint, zijn loop vertraagt en eindelijk niet meer boven zijn onrust uit kan stijgen.