Er was een trappenhuis waarin mensen tot huiverend herfstloof verschraalden, een bovengang met muren doorgezweet van eeuwenoude angst
en plotseling de aansprong van een schimmellucht uit het verborgen tochtgat van een zaal.
De kinderen bleven moe en ongedeerd, alleen het ouderpaar moest zich de geest hergeven met een harde waterstraal eer het de reis terug door zweet en schimmel naar aards niveau aanvaarden kon.
19