DE GEZICHTEN
De gezichten van mijn ouders in het donker dat vochtig aan mijn ogen kleeft. Ik adem doodsnood in maar houd hun trekken vast, pijngroeven in het masker van de nacht, en zeg zonder geluid al wat ik ooit aan liefde kon verzamelen uit j aren die plotseling tot staan gekomen zijn en die ik binnendring om éen moment hun onbereikbaarheid te niet te doen, warmte aan te raken waar al lang geen stof meer is, geen hart, geen leven enkel verbijsterde herinnering.
61