FOUGERES
Fougères is oud en klein.
Een slot houdt er zijn laatste brokken fierheid omhoog opdat de gaapgrage toerist zijn mond kan opendoen.
Wie met de zon genoegen neemt mag foto’s maken en het rovershol tot huiskamerniveau verknussen.
Wie naar de maan taalt, moet in een bad van schijnwerperlicht. Vlaggen klappen in hun handen. Een grafstem begint een microfoon te martelen.
Muziek tamboert. De stralen schuiven de ribben des ouderdoms bloot, een sidderend geraamte vol instrumentaal tumult.
Son et lumière. Wie naar huis toe gaat mag nog even in het donker uitwaaien, een wang, een hand tegen een zachte dood leggen en dan de velden van zijn nachtrust binnengaan.
43