Aan de Vermoorden uit Israël

Titel
Aan de Vermoorden uit Israël

Jaar
1950

Pagina's
36



En toch, hoe schennig en vergeefs het woord hier doorbreekt, eiken dag dien ik betreed begin ik met gestamel naar dit lijden; weer ligt een bange nacht in mij vermoord, weer moet ik deze wildernis van leed met vuur dat louter wanhoop is bestrijden.

Ik hoor mijn schreden in dit land van zon

en wolkenvlucht gestadig overgaan

in stilte, er bestaan geen achtergronden,

er opent zich geen verre horizon,

die ik een ogenblik kan gadeslaan

als was ik nog met hun geheim verbonden.

Leven, dat van zijn oorsprong is vervreemd, ontaardt tot eenzaamheid die tijd noch dood verduren kan; het tracht zich te bezinnen, maar vindt zich, reddelozer nog ontheemd, terug onder het gloeiend avondrood van angsten die het niet kan overwinnen.

8

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.