De jongens van Duindorp

Titel
De jongens van Duindorp

Jaar
1935

Overig
kinderboek

Pagina's
169



Maar Jan vertelt, dat de diepte nog lang niet groot genoeg is. Zolang je boven de rand kan uitkijken is het niets. Het is nu echter al schemerig en daarom zullen ze morgen verder gaan.

Op school wordt natuurlijk druk over het grootse ontwerp gesproken. De andere jongens van de klas willen ook meedoen, zodat ze met hun twaalven zijn. Na vieren trekt het legertje er weer op uit en nu schiet het werk flink op. Er ontstaat een kuil van wel drie meter diepte. Er moet een grote trap worden gegraven, waarlangs de leden van de vredesclub hun kelder kunnen verlaten. Een kelder? Voorlopig is er nog geen dak op en dus staan ze aan alle aanvallen bloot. Maar Flip de Boer, wiens vader een timmermanswerkplaats heeft, weet wel raad. Hij zal wat oude deuren en palen ter leen vragen, zodat ze er een echte versterking van kunnen maken. Jan heeft van moeder een stuk van een oud beddelaken gekregen. Daarop schildert hij in zwarte verf met keurige letters: „De Vredes-vrienden”.

De volgende Zaterdagmiddag komen ze bij de werkplaats van Flips vader samen.

„Sjonge! sjonge!” zegt meneer De Boer lachend, „ik heb nog nooit zoveel klanten tegelijk gehad! Komen jullie maar eens hier, jongens!”

Er liggen verscheidene deuren in de werkplaats, afkomstig van afgebroken huizen. Twee zijn er bij, die wel van herenhuizen moeten zijn. Grote, zware deuren, in donkerbruine verf geschilderd. En dan zijn er wat oude planken, die ze voor stutting van de wanden mogen gebruiken. De jongens

55

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.