De jongens van Duindorp

Titel
De jongens van Duindorp

Jaar
1935

Overig
kinderboek

Pagina's
169



Hij mag graag vertellen en dat blijkt ook nu weer. Oom Jaap gaat op een kist zitten en zegt:

„Ik denk, dat Piet iemand niet in de kelder zou weigeren, als ie wist, hoezeer we die dingen tegenwoordig allemaal nodig hebben.”

„Hoe bedoelt u dat, oom Jaap?” vraagt Henk.

„Nou, kijk es, jongen, die kelder hier bedoel ik eigenlijk niet. Maar weet je wat oorlog is?”

„O ja!” roept Jan uit, „dat is vreselijk! De mensen maken elkaar dood met kogels en bommen en gassen!”

„Juist, daar wou ik je nou precies hebben!” zegt oom Jaap. „Bij die gassen namelijk, en bommen trouwens ook. Daar willen ze schuilplaatsen voor bedenken, onder de grond. Gemeenschappelijke kelders dus, zoals we er hier een hebben. Maar natuurlijk niet met zulke luchtgaten, want die zouden de gassen doorlaten. En dacht je, als er gevaar dreigt, dat er dan iemand uit zo’n kelder zou worden geweerd? Ik denk, dat Piet zou smeken om te worden toegelaten, als ze ’m de toegang weigerden. Maar dat zal natuurlijk niet gebeuren, want er zijn niet veel mensen, die zo ongastvrij zijn als Piet.”

„Is er hier in ’t dorp ook al zo’n kelder, oom Jaap?” „Zover ik weet niet. Misschien is ’t ook niet nodig. Want we willen geen oorlog.”

„Maar watje niet wil, gebeurt soms toch,” zegt Jan wijs. „Wel, jongen,” zegt de oude heel ernstig, „zo mag je niet redeneren. We moeten allemaal ons best doen om een oorlog te verhinderen. Het is het vreselijkste, het slechtste wat er bestaat. En we kunnen dat alleen voorkomen, als

52

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.