XIII
AVONTUREN IN BED EN IN DE BOSSEN
Hoera! het is vacantie! Juichend komt Jan Aalders thuis. Hij heeft een prachtig rapport en meneer Brouwer heeft hem de beste leerling van de klas genoemd. Toen hij dat zei, schaamde Jan zich een beetje. Maar eenmaal buiten de school, vindt hij het heerlijk.
Moeder deelt ten volle in zijn vreugd. Overigens is het niet zo’n vacantie als andere jaren. Dan had vader ook altijd veertien dagen vrijaf. En gedurende die tijd ging het hele gezin naar een plaats bij bos of hei. Het spreekt vanzelf, dat daar nu niets van kan komen. Maar Jan is om het feit, dat zij niet uitgaan, niet zo bedroefd. Wel natuurlijk om de reden er van. Hij vindt, dat hij altijd nog bevoorrecht is boven duizenden kinderen, die hun vacantie in de grote stad moeten doorbrengen. Hier in Duindorp heeft hij frisse lucht in overvloed. Hij kan baden, zwemmen en stoeien naar hartelust. Menig kind zou hem benijden met zo’n vacantie-oord!
Het afscheid van de jongens op school was niet al te zwaar. Hij ziet hen allen nog wel in de komende weken. Henk blijft de eerste tijd nog wat met chocolade venten. Daarna komt hij pas bij een schilder in de leer.
Jan zal maar zorgen, dat hij zoveel mogelijk buiten is. Vroeger hield hij al niet erg van thuis zitten. Maar nu, met
127