De jongens van Duindorp

Titel
De jongens van Duindorp

Jaar
1935

Overig
kinderboek

Pagina's
169



want alles is voor hun komst keurig in orde gemaakt. Daar klinkt opeens de stem van de dochter, die tot nu toe niets heeft gezegd. Ze is wel twintig jaar oud, maar haar stemgeluid lijkt wel dat van een klein meisje.

„Zijn er hier geen kasten?” vraagt zij.

„Kijkt u eens, juffrouw,” zegt mevrouw Aalders en ze wijst haar drie ruime kasten aan.

„O ja,” zegt juffrouw Laarmans en dan zwijgt zij weer.

Moeder en Jan gaan nu zo spoedig mogelijk naar hun eigen vertrekken. Ze voelen er weinig voor, om meer dan enigszins noodzakelijk met hun huurders in contact te komen. Een poosje later wordt er luid door de gang geschreeuwd:

„Mevrouw! mevrouw!....”

Moeder gaat op het geroep af. Jan loopt haar stilletjes achterna, want hij vindt het toch wel grappig.

„Mevrouw,” begint meneer Laarmans, „kijkt u dat nou eens!”

Moeder stapt de kamer binnen. Daar staan vier grote koffers, waarvan er één reeds bijna is uitgepakt. Tal van voorwerpen staan en liggen in het rond.

„Kijk u eens, mevrouw,” zegt meneer Laarmans weer, en hij laat moeder het etiket op de koffer zien. „Mej. De Wit p/a Hotel Zon en Zee” staat er op.”

„Die is verkeerd bezorgd,” merkt moeder op.

„Ja, mevrouw, verkeerd bezorgd! Maar wat een last en wat een werk! En zo’n stomme kruier hebben we één gulden vijftig moeten betalen! Duur en slecht — dat is het!”

116

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.