Salvis Titulis

Titel
Salvis Titulis

Jaar
1946

Overig
poezie

Pagina's
34



Wij liepen langs het heidepad, de lucht had wit en blauw gevat in haar gelaat, en er was nevel boven de kim tezaamgedreven.

Wij lieten onze voeten stil voortschrijden door het bleek getril der naakte struiken.

Wij konden ook de stilte ruiken in het gewaai dat tot ons kwam over de velden; het benam ons schier de zinnen.

Het was een angst die men beminnen en vrezen moest; wij konden niet dit alles zeggen, het verliet ons woordenloos zoals het was gekomen.

Wij waren eigenlijk geen mensen meer, maar namelozen in het naamloos stromen. Men heeft dan ook geen grenzen meer, geen laatste uiting van verweer, men is als uit de wereld weggenomen.

19

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.