MEINACHT
Vanavond zal er niets gebeuren, te warm welft zich de sterrenlucht. Het jong gewas verheft zijn geuren als een verstilde vogelvlucht.
De kalme stemmen langs de wegen drijven het open venster in en houden het verlangen tegen naar een voorgoed ontweken zin.
Nu kan men nergens toe geraken zonder de wereld te aanvaarden waarin de stilte zich voltrekt.
De dingen, die men moest verzaken, worden nog eenmaal tot de waarde hunner bestendigheid gewekt.