Dof klonk hun schrijden in de stegen, opener, luider in de straten. Klaas Schipper, de stokebrand, spoog vuur en vergif. Het getrappel der paarden was weggestorven. In de groeiende avond waanden de rebellen zich meester van de straat.
Naar Bauer! Naar Bauer! De dood aan hem!
Niemand wist wie dit het eerst had uitgeroepen. Misschien was er geen eerste geweest en was de strijdkreet geboren uit velen tegelijk.
In het huis van de bakker hoorde men de naderende voetstappen, het gekrijt, als het rumoer van een verre brand. Jan Bauer stond van tafel op. Zijn gezicht was van steen. Koel en hard was hij als een rots. Koos gaf een schreeuw. De jongens sprongen overeind, zweet drupte hun van het voorhoofd.
Nu hadden de vlammen van het verzet deze straat bereikt. Ze sloegen tegen de muren van de huizen. Bauer liep naar voren, naar de winkel. De jongens volgden, schoorvoetend. Koos gilde: cJan, je kinderen!5 Hij scheen haar niet te horen.
Hij zag vuur. Niet het vuur van deze rebellie alleen. Het vuur van de eeuwige haat. De broeiende duisternis, die in alle stervelingen, alle geslachten lag verscholen. Die maanden, jaren verborgen kon blijven en dan plotseling roodgloeiend kon uitslaan, verterend, dodelijk.
Dit was de wereld van God. Dit was de naar Zijn beeld geschapen mensheid.
Hij greep zijn stok, die in een hoek stond en maakte de winkeldeur open. Koos wierp zich op hem, rukte aan zijn kleren, snikte. Hij snauwde haar weg als een hond.
Toen stond hij oog in oog met de menigte. De kreten waren verstomd. Er hing een dreigende stilte.
Plotseling ontwaakte weer het paardengetrappel. Het stoof de straat in. Jan Bauer zag het gevaar. Zijn woede zakte weg, niets bleef er in hem, dan weemoed om deze geschondenen, deze misvormden naar lijf en ziel.
Maar zij stortten zich naar voren. Hij zwaaide zijn knuppel. Er werd geschreeuwd en gebruld. Reeds was daar de marechaussee. Mensen struikelden en werden door de paarden vertrapt. Sabels sneden de lucht.
In een oogwenk was de massa verspreid. De straat rustte, alsof er niets was voorgevallen. Bauer ging zijn huis in. Zijn rechter
80