te weten en daardoor zonder de krampachtigheid die bewustheid zo vaak vergezelt. Ik handelde niet bewust, althans niet met het gevoel dat ik iets bijzonders deed, toen ik naar La Lorraine ging. Ik ging er niet naar toe. Bijna had ik gezegd dat het naar mij toe kwam. De huizen stonden zo duidelijk in het licht van die februarimiddag, hun omtrekken staken zo scherp af tegen de jonge, heldere achtergrond, dat ze zich ieder ogenblik eruit los schenen te kunnen maken en naar voren treden. Er kwam mij geen mens tegemoet, er kwam niemand achter mij aan. Zo was het meestal, maar anders was er de wind, hard of minder hard, zodat ik altijd het gevoel had dat ik mij ergens tegenin moest zetten. De lichte oostelijke bries van vandaag was een vriendschappelijk element, hij voerde een lucht van planten mee en een zwak geritsel. De zee was niet te horen, maar ik was pas nog aan het strand geweest. Ik had gezien hoe de branding versmald was tot een rimpel en het vage geluid van brekend glas gehoord waarmee de zee als het ware uitademde.
Bij de portiek van het hotel De Oceaan stond ik even stil. De zandheuvels lagen er zoals de laatste storm ze had achtergelaten, overblijfselen van een verre gebeurtenis. Het leek op dit ogenblik niet mogelijk dat er ooit weer iets dergelijks zou plaatsvinden. Er was vrede over de wereld gekomen, niet alleen de vrede van na de oorlog, maar een toestand van harmonie die strijd tot iets ondenkbaars maakte. Nu deze ommekeer, die het wezen der wereld raakte, zich had voltrokken was de weg vrij voor andere wonderen, konden allerlei als duurzaam beschouwde dingen in hun tegendeel omslaan en bijvoorbeeld La Lorraine eindelijk bewoners krijgen. Ik verliet de zandheuvels van De Oceaan en ging verder. Er huppelde een stukje papier over straat. Ik zag zijn schaduw meebewegen. Niet die gelijktijdige beweging was nieuw, maar wel het feit dat ik haar zag, dat mijn aandacht deze scherpte had bereikt. Maar die verscherpte opmerkzaamheid voor de dingen buiten mij verzwakte blijkbaar mijn aandacht voor wat ik zelf deed, want pas toen ik bezig was
77