nu toch werkelijk in slaap glijdende Henk Swart werd nog juist vóór hij onder zeil ging geconfronteerd met de gedachte: niet de wereld, maar jij. Zijn hand, nu de hand van een bewusteloze, gleed weer langs de muur, scheurde er nog een reep papier af en kwam toen tot rust op zijn borst. De flard wapperde licht, door de wind of door zijn adem, of misschien door beide. Het deed er niet meer toe, voorlopig deed niets er meer toe. Eindelijk vormden hij en Carla een gelukkig paar.
5
Thea Hoven reed de auto door de winderige nacht naar huis. De wagen was net als de chauffeuse een mini-model, door de attente vader aangeschaft zodra zijn dochter tot de jaren der rijbevoegdheid was gekomen. Ze had gezegd dat ze best een grotere wagen kon besturen en dat ze bovendien nog groeikansen had, zoals haar vader zelf altijd had beweerd. Maar Hoven had zijn zin doorgedreven. 'Safety first’ zei hij, een argument waarvoor een redelijk mens het hoofd moest buigen.
Hij zat op het achterbankje, naast zijn vrouw, rustig, zonder een woord te zeggen of ook maar te denken. Zijn vrouw dacht wel: aan die jammerlijke scène, aan deze man van haar, voortreffelijk, maar met gekneusde plekken. Er was niets verloren, er was bij vroegere crises ook niets verloren gegaan. De mensen vergaten, of deden alsof. Een groot organisator hield men in ere.
Thea, die de middelbare meisjesschool had afgelopen en nu een secreteresse-opleiding volgde, had ook haar gedachten. Haar vader vormde nauwelijks een probleem voor haar. Je had, als het erg werd, psychiaters. Als het erg werd voor hem. Wat haar betrof, zij ging binnenkort het huis uit, een baan aannemen, zich zelfstandig maken. Daardoor kon zij veel verdragen, al viel het haar moeilijk te
42