Kaas- en broodspel

Titel
Kaas- en broodspel

Jaar
1938

Overig
poezie

Pagina's
68



II

Totdat een krijgsman zijn klaroenen stootte en door de landen joeg een ruiterbent, als pijlen op den einder af geschoten; de manen stonden vlammend overend; de morgenzon werd vurig in hun zwaarden, een huivering doorliep het rijpe graan, terzij gedrongen door de drift der paarden, vertrapt en tot een leege huls vergaan; een storm verhief zich om de voortgejaagden, het koren schreide naar hun aangezicht, soms striemde het hun oogen en soms klaagde het fluisterend, of sloot zijn rijen dicht om de vermetelen, wier vederbossen als sneeuw verstoven door het hemelblauw; de krijgers groeiden samen met hun rossen, zij werden tot centauren, die een rauw bedrijf aan al het menschelijke vieren; bloed was hun droom, zij lekten zich den mond, en elke hoefslag der bezeten dieren bleef in de huid der aarde als een wond.





8

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.