Kaas- en broodspel

Titel
Kaas- en broodspel

Jaar
1938

Overig
poezie

Pagina's
68



XIX

Vuur, plundering en zwartgerookte puinen, een wereld, aan de huurlingen ten prooi, die op de winden hun gezag bazuinen, de aarde werd melaatsch van hun geschooi; rebellen, uitgeput en weggekropen, vervreemden van hun eigen hof en kroost, met wonden, waaruit etter kwam gedropen, verlangend slechts een bovenaardschen troost, zij werden uit hun hoeken opgedreven en, vee gelijk, tot kudden saamgejaagd; hun oogen knipperden, gestadig beven, een kille adem, heeft hun lijf doorvlaagd; zij knikkebolden, of zij slapend schreden, soms wankelde er een, hij tastte rond, en schielijk bracht een kolfslag hem tot rede: verbrijzeld lag hij als een morse hond; de wapenknechten krijschten aan hun ooren, bespogen hen, of gingen voor hen staan, om oog in oog en haat in haat te boren, een uitgedoofde krater zag hen aan.





67

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.