Kaas- en broodspel

Titel
Kaas- en broodspel

Jaar
1938

Overig
poezie

Pagina's
68



Zij werden koel en somber: na het brassen,

dat God en duivel tot getuigen riep,

verschrompelden hun lijven als gewassen,

waardoor een teistering van zomer liep;

het dreunde aan hun afgematte ooren,

een legerschare, die op aftocht is,

geluid, dat wegsterft, maar niet gaat verloren;

hun onmacht dorstte naar geen lafenis;

de rijke poorterschap zag hen versagen,

een haat ging zieden door hun ingewand,

zij konden nauwelijks het licht verdragen,

te fel schond hen de innerlijke brand;

dit redeloos gespuis, dit onbehouwen

vee van de velden, dat, op hol gegaan,

hun huizen binnendrong en met zijn rauwen,

stinkenden muil voor hun gelaat kwam staan,

zij wilden het vermoorden en vertrappen,

maar eigen overmoed heeft hen verschrikt,

en kreunend zaten zij naar lucht te happen,

visch, die nog spartelt, schoon hij langzaam stikt.





45

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.