Kaas- en broodspel

Titel
Kaas- en broodspel

Jaar
1938

Overig
poezie

Pagina's
68



De onbegrensdheid van de najaarsdagen, een aarde, die verroest tot donkergoud, gebeef van wind, onpeilbaar welbehagen, een stervende, die reeds den hemel schouwt; bij avond staan de sprakelooze boomen, tegen het donkerblauwe fond gelijnd, star en eenzelvig voor zich heen te droomen, tot hun gebaar in duisternis verdwijnt; opeens begint het door den nacht te schuiven, een horde van geluiden, die ontwaakt en aan de wereld tast en rond gaat stuiven, een sluimerende, die in koorts geraakt; het schaduwt langs de maan, er storten flarden van wind op de verdroomde wereld aan, en wolken rennen voorwaarts, om hun harde, verwoede koppen op elkaar te slaan; de ruimte wordt geschud door reuzenhanden, stormvlagen, zwarte vogels, wieken snel over het donker oppervlak der landen, die prijsgegeven liggen aan hun spel.





21

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.